Het synthesedocument bereikte de Kamer maar liefst een anderhalf jaar nadat de N-VA er voor het eerst naar vroeg. Nét op tijd voor de zesjarige herdenking van de vreselijke aanslagen in Zaventem en Brussel. Uit het nogal chaotisch opgestelde document bleek echter dat heel wat aanbevelingen vanuit de Parlementaire Onderzoekscommissie nog steeds niet volledig uitgevoerd werden.
Noodzakelijke aanbevelingen blijven liggen
Onder de regering-Michel werden een hele reeks antiterreurmaatregelen genomen en ging men ook al aan de slag gegaan met de omzetting van de aanbevelingen van de commissie. Maar die drive is binnen de huidige federale regering jammer genoeg al enige tijd verdwenen, waardoor een hoop noodzakelijke aanbevelingen zijn blijven liggen.
Geen slachtofferfonds, geen informatiedeling
Zo is het nog steeds onduidelijk hoe het staat met de Kruispuntbank Veiligheid, een van de speerpunten van de POC die informatiedeling makkelijker zou moeten maken. Daarnaast is er na zes jaar nog steeds geen slachtofferfonds opgericht voor de schadeloosstelling.
Slachtoffers van hot naar her
“Slachtoffers moeten nog steeds zelf op zoek naar hulp en ondersteuning. Ze worden van hot naar her gestuurd. Wellicht had de regering de miljoenen euro’s voor de repatriëring van de IS-adepten beter in de slachtoffers gestoken”, aldus Kamerlid Koen Metsu.
Nog geen wetgeving
Bovendien werden heel wat belangrijke doelstellingen op vlak van justitie nog steeds niet omgezet in wetgeving én zelfs niet opgenomen in het overzicht , zoals de uitbreiding van de terbeschikkingstelling van de strafuitvoeringsrechtbank.
Werk van commissie dreigt verloren te gaan
En dat is nog maar een greep uit de ellenlange onafgewerkte lijst van prioriteiten. “Zes jaar na de feiten moeten we met pijn in het hart vast stellen dat het uitvoerige werk van de Parlementaire Onderzoekscommissie dreigt verloren te gaan. Er werden zeer belangrijke lessen getrokken inzake de strijd tegen terrorisme en het beveiligen van onze samenleving in het algemeen. We roepen de regering dan ook op om hier dringend werk van te maken. Daar zullen wij een partner in zijn”, besluit Peter De Roover.